Na eerste ronde: Eerste nog zonder puntenverlies
Gepost door André Breedveld op zondag 25 september 2005 om 11:25
Ik verwens het moment dat ik afgelopen week, op de roddelsite, de discussie opende over het competitiesysteem. Edwin merkte na de wedstrijd, afgelopen zaterdag in Utrecht tegen Paul Keres 2, fijntjes op dat ik de energie tekort was gekomen die mij dat had gekost. De morning after. Iedere schaker kent dit. Het verwerken van een bittere nederlaag went nooit, ook niet als het team heeft gewonnen. Teamschaken blijf voor veel spelers een individuele aangelegenheid. Iemand als Cor Roet is zo’n uitzondering: “Ik teken voor een verliespartij, als het team maar wint” heb ik hem meermalen horen verkondigen. Cor van Dongen herinnert zich nog steeds de kampioenswedstrijd met Het Witte Paard in Groningen. HWP promoveerde naar de hoofdklasse van de KNSB, een historisch wapenfeit. Maar Cor was ontroostbaar omdat hij de onderlinge partij had verloren. “Ik baal er nog steeds van!”. Zo hoor ik het graag. De neerslachtige taal van de verliezer is altijd veel mooier dan het zelfgenoegzame victorie gekraai van de overwinnaar. Niet vaak genoeg kan ik u herinneren aan de wijze woorden van Hans Galjé: “Was ik maar dood”. In plaats daarvan heeft hij het verkozen te gaan spelen in een negorij aan de Duitse grens, genaamd Hardenberg. Tsja, was ik maar dood. Vorig seizoen liep het eerste in de eerste de beste wedstrijd averij op. Tegen Paul Keres 3 thuis. Voor een team met kampioensaspiraties is niets fnuikender dan een slechte seizoenstart. Behalve dat je wordt opgezadeld met een of meerdere beschadigde spelers, zal een volgende misstap hoogstwaarschijnlijk fatale gevolgen hebben waardoor de druk op de ketel toeneemt. De valse start gaf aanleiding tot de nodige interne onrust. Sommige spelers zouden zich er als Jantje van Leiden hebben gemaakt en te snel remise hebben geschoven. Onderwijzer René H. werd door een ontgoochelde teamleider voor de zoveelste keer veroordeeld tot het maken van strafwerk, dat wil zeggen het analyseren van eigen partijen. Doorgaans leidt deze bezigheid tot chronische depressie. Wij spreken dan over het zogenoemde “Ik leer het nooit – syndroom”. Maar René was allang blij dat hij met Pasen geen eieren hoefde te zoeken die er niet waren neergelegd door de Generaal. Hoewel in het bijzonder de Vissershopper zich later enkele keren geniaal wist te onderscheiden, sterker nog, uitgroeide tot een van onze dragende spelers, was het kwaad geschied. De misstap tegen competitievervalser HSG, dat Paul Boersma uit de mottenballen had getoverd (De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat wij waarschijnlijk hetzelfde hadden gedaan) kwam en we konden promotie vergeten. De wedstrijdleider had ons bij de seizoenstart opnieuw veroordeeld tot Paul Keres, ditmaal in Utrecht en nog wel tegen de gevreesde reserves. Haar teamsamenstelling en gemiddelde rating volstonden om dit duel bijzonder serieus op te vatten. Ten opzichte van vorig seizoen waren er twee mutaties. Huib (precies ja, die van de contributie aanslag) en Eric (die van de achter de bar) deden vrijwillig een stapje terug en Jesper is tot januari 2006 niet beschikbaar. Met de komst van onze Bent Larsen (Edwin), die zijn katten kittens onlangs heeft vernoemd naar Karjakin en vreemd genoeg de saaie schuiver Radjabov, en het supertalent Mark Grondsma, is dat verlies uitstekend opgevangen. Een streep door de rekening was echter wel de absentie van Albert Toby, verhinderd door een verjaardag in naaste familiekring. Een aderlating van jewelste, hoewel een ervaren en capabele kracht snel werd gevonden in de persoon van Yuri Eijk. Er stond bij voorbaat dus veel spanning op het cruciale duel dat al een aanvang nam om 12.00 uur. Tussen mijn gewichtige bijdragen aan de gossip site door, vond ik de tijd voor een recalcitrant mailtje aan Albert, waarin ik mij beklaagde over de opstelling. Dennis Rosegg, clubkampioen, voelde zich naar eigen zeggen niet zo lekker en nam afstand van zijn recht op het eerste bord. Sommigen suggereerden dat er nog een reden zou kunnen zijn. Misschien had de gevoelige Dennis zijn nederlaag tegen Cor van Dongen, vorige week, geestelijk nog niet kunnen wegzetten. The week after. De onvervaarde Edwin, vorig seizoen nog tweede teamspeler (7 uit 9 aan een topbord in promotieklasse deed ons nog wel even twijfelen of hij wel geschikt is voor het grote werk in de KNSB), nam hier nu de honneurs waar. Hoogstpersoonlijk had hij aan de vooravond van de wedstrijd nog een aantal partijen van tegenstanders doorgemaild, waardoor ik mij tot diep in de nacht onledig hield met de obscure Trompovsky. Om twee redenen zinloos: mijn tegenstander was heel iemand anders, speelde 1. e4 bovendien, en overmorgen ben ik alles vergeten. Over de wedstrijd kan ik kort zijn omdat het nooit een echte wedstrijd werd! Om 17.15 uur ging het huiswaarts. Paul Keres was kansloos in het gezellige noodonderkomen, waarin drie wedstrijden tegelijkertijd werden uitgevochten. Edwin: degelijke remise. Deed wel aan geschiedvervalsing door een gespeelde zet toe te schrijven aan Anand. Die was al bekend toen beiden nog geboren moesten worden. Het zij hem vergeven.; 2½ – 5½!! Persoonlijke uitslagen ronde 1 van seizoen 2005-2006, zaterdag 24 september 2005:
|